Uiteindelijk zal het toch nog moeilijker worden dan ik dacht om hier in het Nederlands te blijven schrijven -niet omdat ik niet wil, maar omdat Engels zoveel natuurlijker aanvoelt op dit moment. Al hebben al die jaren dagboeken in het Engels niets uitgehaald voor de Práctica vertalen (ik had niet goed genoeg op de toelatingsproef... en ja, dat is wel een beetje een dobber), met andere Erasmus-studenten voelt Engels nog steeds als mijn tweede moedertaal. Ach ja. In het Spaans zou ik wel meer willen schrijven, maar meer daarover later.
Vandaag ben ik er onrechtstreeks the hard way achtergekomen hoe je hier een dokter moet vastkrijgen. Jess, de Engelse Erasmus-studente, is ziek en wou naar de dokter. Omdat ik beter Spaans versta dan zij (twee jaar intensieve lessen hebben wel tot iets geleid), en ook nog eens Engels (kwestie van te kunnen omzetten he), had ze graag dat ik meeging.
Thuis bel je even om een afspraak te maken tijdens de consultatie-uren (en zelfs dat vind ik al verschrikkelijk omslachtig) en zet je je vervolgens in gang. Hier moet je tussen 10 en 14 naar een Centro de Salud om een afspraak te nemen in de namiddag. Doe je dat niet, come & see tomorrow, of ga naar de urgencias van een ziekenhuis wil je die dag nog een dokter te zien krijgen. Omdat we toch op weg waren, en het eigenlijk tamelijk absurd vonden dat je daar dan staat en niet eens voor de volgende dag een afspraak kon nemen, zijn we dan maar naar een (publiek) ziekenhuis afgezakt. Het gebouw alleen al -het ziet eruit alsof het een kantoorgebouw is, bekleed met blauwe plastic. Binnen ziet alles er oud en versleten uit, de verf op de muren is die uit de psychiatrische instellingen die je in the movies ziet: een soort lichtblauw, lichtgroen. Als je niet aan de buitenkant van het gebouw bent, zijn er geen ramen, slechte gele verlichting, cracks in the walls, gangetjes die zo smal zijn dat er maar één persoon tegelijk door kan, oude liften die er niet zo betrouwbaar uitzien, ... All in all lijkt het bijna een spookhuis, een verlaten plek waar een fotograaf spooky foto's gaat nemen. De sfeer die er hangt is echt weird. Gelukkig wordt het ziekenhuis bevolkt door doodgewoon medisch personeel (al staat de helft gewoon in de gang te babbelen), en moeten we ook helemaal niet zo lang wachten tot Jess naar een dokter mag (je wordt afgeroepen via een megafoon, heel raar). De dokter stelt vragen, ik vertaal (papa, sociaal tolken heet dat zeker? =p ), Jess antwoordt in haar beste Spaans. De dokter zegt dat hij een radiografie van haar longen wil nemen, omdat ze al een tijdje hoest, en dat hij een analyse wil doen om uit te sluiten dat ze mono-something heeft. Hij wijst op zn arm en verlaat even het onderzoekskamertje. Ik leidt af dat hij wat bloed wil afnemen, en als ik dat aan Jess zeg, begint ze te hyperventileren. Even lijkt ze te kalmeren als de verpleegster die binnenkomt alleen maar haar bloeddruk en koorts lijkt te nemen, maar dan komen de naald en de buisjes boven. Jess stottert dat ze niet wil, ik probeer in mijn beste Spaans uit te leggen wat ze me zegt: dat ze bang is, dat ze zal flauwvallen, maar gelukkig spreekt de situatie voor zich. De verpleegster haalt de dokter er weer bij, en die zegt uiteindelijk dat hij niet denkt dat ze de ziekte van Pfeiffer-something heeft (papa, we hebben het hier toch over wat in de volksmond bekend staat als de kusjesziekte, heb ik dat goed begrepen?), en dat de bloedanalyse dus niet strikt noodzakelijk is. Jess kalmeert, en we worden met een andere dokter meegestuurd in het creepy doolhof naar radiografie. Alles gaat gelukkig snel, boven weer even wachten, en dan blijkt uiteindelijk dat ze een of andere -itis (franigitis of zo?) in haar keel heeft, de dokter schrijft een antibioticum voor, rust, warme drankjes en zeker geen sigaretten (terwijl Jess daarvoor al zei dat ze niet rookt). We kunnen weer naar huis en Jess is blij dat ze eindelijk weer in haar bed kan, al bij al zijn we toch een dikke 3u kwijt geraakt.
Ik was van plan (mama, line, dat insinueert: een planning! Val om van verbazing, voor het moment is het nog niet zo slecht gesteld met mijn discipline!) in de namiddag aan een vertaling te werken die ik morgen moet afgeven, maar ik had Jess beloofd dat ik zou meegaan als ze naar de dokter ging, en natuurlijk wist ik niet dat het zo lang zou duren. Tot aan het middageten was ik bezig geweest met uurroosters afspeuren op zoek naar een mogelijke vervanger voor dat Práctica -toch alweer 6 studiepunten- dat in mijn uurrooster past én iets te zien heeft met mijn studies thuis in België, en hoewel ik nog niet klaar was, wou ik voorrang geven aan die vertaling. Maar toen ging ik mee naar de dokter, en was het al 6u toen we terugkwamen. Ik zal niet veel mensen verbazen als ik zeg dat ik thuis in de zetel zou zijn geploft, een boze blik richting mama gestuurd zou hebben als ze vroeg of ik niet een beetje moest studeren en er uiteindelijk ook een beetje mijn voeten aan hebben geveegd. Maar hier is mijn ritme helemaal anders, en plichtsgetrouw plofte ik met mijn laptop en te vertalen tekst op mijn bed en zette me aan het werk. Het is heel erg moeilijk en vermoeiend, vertalen naar een taal waarin je zelfs nog niet eens een gewone tekst hebt geschreven. Ik heb al tamelijk wat Spaanse boeken verslonden, maar als je niet zelf moet produceren, voel je niet aan wat natuurlijk en wat geforceerd klinkt. Daarbij komt nog eens dat de brontekst ook al een taal is die ik niet volledig beheers -al zou ik natuurlijk wel willen van wel. Woordenboekwerk gaat dus als volgt: tussen Engels en Spaans, tussen Engels en Nederlands, tussen Nederlands en Spaans en soms zelfs tussen Spaans en Nederlands. Gelukkig allemaal op mijn laptop, anders zou ik nog een boel extra tijd verliezen. Ik probeer eerst ruwweg de inhoud te vertalen in volzinnen -eens dat gedaan is, lees ik zin per zin na en probeer ik te horen hoe ze beter zouden klinken. Spelen met de plaats van de werkwoorden, de adjectieven, de substantieven... Mijn best doen om de voltooide deelwoorden en adjectieven aan te passen aan het substantief waar ze bij staan waar nodig, de subjuntivo ook niet uit het oog verliezen... Op de één of andere manier heb ik het gevoel dat deze tweede vertaling al wat vlotter klinkt als de eerste, maar vanavond heb ik niemand meer om dat bevestigen. Ik hoop dat ik snel leer, want ik schrijf graag, ik schrijf graag goed, en ik heb er een hekel aan om stuntelige, geforceerde teksten te lezen. Ze zelf schrijven... daar krijg ik bijna nachtmerries van. In het Frans heeft me dat nooit zoveel kunnen schelen, maar met Spaans heb ik geen haat-liefde verhouding, en dus wil ik het direct goed doen. Dat heeft me deze week al een halve instorting gekost, want geduld met mezelf heb ik niet. Erachter komen dat je in het Spaans consequent dezelfde fouten maakt als in het Frans, plus nog wat fouten eigen aan het Spaans, is niet bepaald bevorderend daarvoor. Er ligt nu wel een handboek grammatica en een oefeningenboek naast mij -you don't change yourself overnight. Maar ik doe mn best. Om geduldig te blijven, om geduld te leren, om te leren tout court.
Over het levensritme -ik sta later op, ja, dat wel, maar enkel omdat mn lessen pas beginnen om 11u (daar heb ik geluk in, ook hier zijn er om 9 en occasioneel om 8) en omdat de locaties dat toelaten: ik woon op twee minuten van mijn faculteit -letterlijk. Ik eet veel later, 's middags en vooral 's avonds, en ondanks een occasioneel hongertje, stoort me dat helemaal niet zo. Mijn dag lijkt er langer door, en dat lijkt op zijn beurt te helpen om later op de avond (zelf na het avondeten, wie had dat ooit gedacht) nog bezig te zijn met schoolwerk. En ja, ik ga ook later slapen (kijk maar naar het uur dat deze blog verschijnt). De lessen duren langer en zijn later, maar zelfs dat stoort me niet. De meeste van mijn lessen beginnen om 10 na het uur, wat er anderzijds soms toe leidt dat de prof in een blok van 2u (wel, 1u en 50min dus) geen pauze meer geeft. In België zou dat tot algemeen gemopper leiden, hier maakt het niets uit. Ik heb er meer een probleem mee dat je in geen enkele aula eten of drinken mag binnenbrengen -zelfs geen flesje water. Bij sommige proffen heb je bij wijze van spreken een doktersbriefje nodig om water te mogen drinken tijdens de lessen. Ze gaan gelukkig niet allemaal zo streng met die regel om... Lessen van 16 tot 18 zijn hier eerder regel dan uitzondering. In België vinden wij arme studentjes dat al heel erg laat -en het is meestal ook het uur waarop ik mijn slag van van de hamer krijg-, en als we dan al eens een lezing hebben die pas om 18u begint, of -godbetert- later, dan is het kot te klein voor al ons gezaag. Gewaarschuwd zij de professor die zijn lezing pas na 20u eindigt! Hier zijn lessen tot 20u, zelfs tot 21u, doodnormaal. En het stoort me niet eens, in België zou ik er niet aan moeten denken. Het feit dat ik zo dicht bij de faculteit woon, zal daar wel voor iets tussenzitten denk ik, maar het lijkt ook gewoon het algemene ritme van hier.
Er is zoveel dat ik zou willen zeggen -alles is hier zo nieuw, zo anders, en vanavond lijk ik de drive te vinden om dat in zoveel mooie woorden neer te schrijven, maar alles ontglipt me. Ik begin over iets, raak iets anders aan, denk dan, "dat moet ook nog", kom weer terug op het eerste en vergeet het tweede.
De wereld is hier nieuw. Ik ben echt wakker geworden in een andere stad, in een andere tijd, wie weet, en ondanks alle frustratie die ik deze week al heb doorstaan en ongetwijfeld nog zal moeten doorstaan, ben ik daar heel erg dankbaar voor. Ik kan, ik moet, alles opnieuw ontdekken. En ik moet het helemaal zelf doen. L'auberge espagnole, dat wel, maar tegelijk een hele onderneming, een verrijking. En voor ik te pseudo-poëtisch/-filosofisch word: met die gedachte trek ik nu toch naar mijn bed. Sleep tight.
[.: Se guardo in basso ho le vertigini, adesso ho paura :.]